Over de screeningstest van het volgen van testapparatuur

Volgens IEC60112 -clausule 12.2, als het gedrag van het materiaal onbekend is, moet een screeningstest beginnen met ten minste drie monsters met een maximale startspanning van 300V met een minimum van 50 druppels. Als het materiaal de eerste test kan volgen zonder een persistente vlam te gebruiken, altijd de testvolteren van de testvolt. 50V, en ten slotte de testspanning verhoogt of vermindert met 25V om de maximale testspanning te identificeren voor de bepaling van de vergelijkende tracking -index. Als het materiaal faalt bij de initiële testspanning, verminder de testspanning met 100 V en volg dezelfde iteratieve procedure voor de bepaling van de vergelijkende tracking -index, altijd met behulp van drie specimen.

Deze procedure is noodzakelijk omdat sommige materialen hoge testspanningen kunnen weerstaan, maar faalt bij lagere testspanningen.

ZLT ​​-trackingtestapparaat, de testspanning kan worden aangepast, is van hoogwaardige trackingtestapparatuur.